4e Advent

Morgen is het vierde Advent. Els van Dijk neemt je mee in een korte overdenking, om daar bij stil te staan.
De Heer zelf gaat voor je uit,
Hij zal je bijstaan en geen moment van je zijde wijken.
Wees niet bang en laat je door niets ontmoedigen.
(Deutr. 31)
In deze tijd van het jaar nemen we de tijd om te gedenken, te overdenken en terug te blikken. Wat overheerst dan? Is dat dankbaarheid?
Het woord ‘danken’ komt van ‘denken’. Alleen wie denkt, kan dankbaar zijn. Dankbaarheid is het geheugen van het hart. Het is een levenshouding, als antwoord op de vele zegeningen waarmee God je omringt. Dat omvat ook alle pijnlijke ervaringen waardoor Hij je vormt.
Dankbaarheid is het eerstgeboren kind van genade. Genade roept dankbaarheid op, zoals een stem een echo veroorzaakt. Mensen van genade zijn sterke mensen, omdat dan de kracht niet in jezelf zit, niet in je intellect, je carrière, je relaties of wat dan ook, maar in je Redder, Verlosser, Zaligmaker. Als je met danken begint, ga je het leven met andere ogen bekijken.
Het is goed om te gedenken. Gedenken is namelijk ook handelen. Naar wat je van de herinnering geleerd hebt en voor de toekomst verwacht.
Gedenkt God ook?
Ja, zegt David (psalm 56). Hij ziet je omzwervingen, Hij telt zelfs je tranen en bewaart die in Zijn kruik. Ja, zegt Maleachi (3:16), er is een gedenkboek voor Zijn aangezicht. In dat boek schrijft Hij namen van mensen. Hij houdt bij wat ons bezig houdt en overkomt. En Hij handelt daarnaar. Als God gedenkt, betekent dat ook dat Hij gaat optreden. Uit zoveel dingen blijkt dat God trouw is. Hij heeft gedacht aan Zijn genade. Daarom gaf Hij het liefste wat Hij had, Zijn eigen Zoon. God is niet de aartsvader die rustig en onbeweeglijk thuis blijft zitten, die van Zijn kinderen verwacht dat zij naar Hem toekomen, zich verontschuldigen voor hun abnormale gedrag, Hem om vergeving smeken en beterschap beloven. Integendeel, Hij verlaat het huis, vergeet als het ware Zijn waardigheid en rent naar de verloren kinderen toe.
Omdat Hij zó is, mogen wij in deze dagen dankbaar vieren dat Jezus is gekomen en dat Hij onder ons woont.
‘Misschien ligt de uitdaging van het Evangelie wel juist hierin dat je wordt uitgenodigd een gift te aanvaarden waar je niets voor terug kunt geven. Want die gift is de levensadem van God zelf, de Geest die je door Jezus Christus gegeven is. Deze levensadem bevrijdt je van de benauwdheid en geeft je nieuwe ruimte om te leven.’